De bloedvloeiende vrouw en het dochtertje van Jaïrus

Typologie. De geschiedenis van de bloedvloeiende vrouw is direct verbonden aan de geschiedenis van de genezing (opstanding) van het dochtertje van Jaïrus. (Zie studie “Twee opgewekte vrouwen”) We vinden dat in drie Evangeliën: 

  1. Mattheüs 9  : 18-25

Als Hij deze dingen tot hen sprak, ziet, een overste kwam en aanbad Hem, zeggende: Mijn dochter is nu terstond gestorven, doch kom en leg Uw hand op haar, en zij zal leven.
En Jezus opgestaan zijnde, volgde hem, en Zijn discipelen.

En ziet, een vrouw die twaalf jaren het bloedvloeien gehad had, komende tot Hem van achteren, raakte den zoom Zijns kleeds aan;
Want zij zeide in zichzelven: Indien ik alleenlijk Zijn kleed aanraak, zo zal ik gezond worden.
En Jezus, Zich omkerende, en haar ziende, zeide: Wees welgemoed, dochter! uw geloof heeft u behouden. En de vrouw werd gezond van dezelve ure af.)

En als Jezus in het huis des oversten kwam, en zag de pijpers en de woelende schare,
Zeide Hij tot hen: Vertrekt; want het dochtertje is niet dood, maar slaapt. En zij belachten Hem.
Als nu de schare uitgedreven was, ging Hij in, en greep haar hand; en het dochtertje stond op.

  1. Markus 5 : 22-43

En Hij ging met hem; en een grote schare volgde Hem, en zij verdrongen Hem.

En een zekere vrouw, die twaalf jaren den vloed des bloeds gehad had,
En veel geleden had van vele medicijnmeesters, en al het hare [daaraan] ten koste gelegd en geen baat gevonden had, maar met welke het veeleer erger geworden was;
Deze van Jezus horende, kwam onder de schare van achteren, en raakte Zijn kleed aan;
Want zij zeide: Indien ik maar Zijn klederen mag aanraken, zal ik gezond worden.
En terstond is de fontein haars bloeds opgedroogd, en zij gevoelde aan haar lichaam, dat zij van die kwaal genezen was.
En terstond Jezus, bekennende in Zichzelven de kracht, die van Hem uitgegaan was, keerde Zich om in de schare, en zeide: Wie heeft Mijn klederen aangeraakt?
En Zijn discipelen zeiden tot Hem: Gij ziet, dat de schare U verdringt, en zegt Gij: Wie heeft Mij aangeraakt?
En Hij zag rondom om haar te zien, die dat gedaan had.
En de vrouw, vrezende en bevende, wetende, wat aan haar geschied was, kwam en viel voor Hem neder, en zeide Hem al de waarheid.
En Hij zeide tot haar: Dochter, uw geloof heeft u behouden; ga heen in vrede, en zijt genezen van deze uw kwaal.

Terwijl Hij nog sprak, kwamen [enigen] van [het huis] des oversten der synagoge, zeggende: Uw dochter is gestorven; wat zijt gij den Meester nog moeilijk?
En Jezus, terstond gehoord hebbende het woord, dat er gesproken werd, zeide tot den overste der synagoge: Vrees niet; geloof alleenlijk.
En Hij liet niemand toe Hem te volgen, dan Petrus, en Jakobus, en Johannes, den broeder van Jakobus;
En kwam in het huis des oversten der synagoge; en zag de beroerte [en degenen], die zeer weenden en huilden.
En ingegaan zijnde, zeide Hij tot hen: Wat maakt gij beroerte, en wat weent gij? Het kind is niet gestorven, maar het slaapt.
En zij belachten Hem; maar Hij, als Hij hen allen had uitgedreven, nam bij Zich den vader en de moeder des kinds, en degenen die met Hem [waren], en ging binnen, waar het kind lag.
En Hij vatte de hand des kinds, en zeide tot haar: Talitha kumi! hetwelk is, zijnde overgezet: Gij dochtertje (Ik zeg u), sta op.
En terstond stond het dochtertje op, en wandelde; want het was twaalf jaren [oud]; en zij ontzetten zich met grote ontzetting.

  1. Lukas 5 : 41-56

En ziet, er kwam een man, wiens naam was Jaïrus, en hij was een overste der synagoge; en hij viel aan de voeten van Jezus, en bad Hem, dat Hij in zijn huis wilde komen.
Want hij had een enige dochter, van omtrent twaalf jaren, en deze lag op haar sterven. En als Hij heenging, zo verdrongen Hem de scharen.

En een vrouw, die twaalf jaren lang den vloed des bloeds gehad had, welke al haar leeftocht aan medicijnmeesters ten koste gelegd had; en van niemand had kunnen genezen worden,
Van achteren tot Hem komende, raakte den zoom Zijns kleeds aan; en terstond stelpte de vloed haars bloeds.
En Jezus zeide: Wie is het, die Mij heeft aangeraakt? En als zij het allen miszaakten, zeide Petrus en die met hem waren: Meester, de scharen drukken en verdringen U, en zegt Gij: Wie is het, die Mij aangeraakt heeft?
En Jezus zeide: Iemand heeft Mij aangeraakt; want Ik heb bekend, dat kracht van Mij uitgegaan is.
De vrouw nu, ziende, dat zij niet verborgen was, kwam bevende, en voor Hem nedervallende, verklaarde Hem voor al het volk, om wat oorzaak zij Hem aangeraakt had, en hoe zij terstond genezen was.
En Hij zeide tot haar: Dochter, wees welgemoed, uw geloof heeft u behouden; ga heen in vrede.

Als Hij nog sprak, kwam er een van het huis des oversten der synagoge, zeggende tot hem: Uw dochter is gestorven; zijt den Meester niet moeielijk.
Maar Jezus, [dat] horende, antwoordde hem, zeggende: Vrees niet, geloof alleenlijk, en zij zal behouden worden.
En als Hij in [het huis] kwam, liet Hij niemand inkomen, dan Petrus, en Jakobus, en Johannes, en den vader en de moeder des kinds.
En zij schreiden allen, en maakten misbaar over hetzelve. En Hij zeide: Schreit niet; zij is niet gestorven; maar zij slaapt.
En zij belachten Hem, wetende, dat zij gestorven was.
Maar als Hij ze allen uitgedreven had, greep Hij haar hand en riep, zeggende: Kind, sta op!
En haar geest keerde weder, en zij is terstond opgestaan; en Hij gebood, dat men haar te eten geven zou.
En haar ouders ontzetten zich; en Hij beval hun, dat zij niemand zouden zeggen hetgeen geschied was.

12 jaar bloedvloeiend

De vrouw in deze geschiedenis werd “bloedvloeiend”, toen het dochtertje van Jaïrus geboren werd. Zij zelf moet dan zo’n 12 jaar geweest toen dat begon en daarmee is zij haar hele leven (24 jaar), waarin ze normaal vruchtbaar had moeten zijn, onvruchtbaar. Net zolang als het dochtertje van Jaïrus er is, was zij niet “ontvankelijk”, omdat het haar vanaf dat moment elke dag “naar de wijze der vrouwen” blijft gaan. (Genesis 18 : 11) En dat is uiteraard niet de bedoeling.

Toen het dochtertje van Jaïrus “bloedvloeiend” zou moeten worden, stierf zij. Ze was 12 jaar oud. Ze had vruchtbaar moeten worden, maar kwam daar niet aan toe.

Bij diezelfde gelegenheid werd de bloedvloeiende vrouw genezen.

Toen het dochtertje van Jaïrus, de overste van de synagoge, en dus gaat het over Juda, het Joodse volk vruchtbaar had moeten worden, stierf zij. Maar zolang zij er was, was die andere vrouw onvruchtbaar, want dat is de consequentie van bloedvloeiend zijn.

Op het moment dat het dochtertje van Jaïrus sterft, wordt de bloedvloeiende vrouw vruchtbaar. Er waren dus twee vrouwen. De ene zou vruchtbaar moeten worden, maar werd het niet. De andere vrouw was onvruchtbaar, maar werd uiteindelijk toch vruchtbaar. 

Een beeld van het Joodse volk

Het dochtertje van Jaïrus is een beeld van het Joodse volk. Op het moment dat dit volk vrucht had moeten voorbrengen, of vruchtbaar had moeten worden, stierf het. Dat is namelijk wat met het Joodse volk als zodanig gebeurd is bij de eerste komst van Christus. Het had toen vruchtbaar moeten worden, zodat er een Nieuwe Schepping, een Nieuw Verbond uit voort zou komen. 

Het Joodse volk had op de prediking van de Here Jezus tot geloof moeten komen, maar dat gebeurde niet. Daarom kwam er een oordeel over het volk. Door hun ongeloof bleek het volk dus onvruchtbaar te zijn en stierf het. Er was geen leven meer in.

Vruchtbaar gemaakt

De andere vrouw daarentegen, die tot haar leedwezen al die tijd onvruchtbaar was en door niemand genezen kon worden, wordt dan vruchtbaar gemaakt.

Het bijzondere is, dat niet bekend was wie zij was. De Here Jezus wist ook niet wie zij was. Niemand wist dat en men zag het (haar) ook niet aankomen. Zij raakte de Heer Jezus namelijk van achteren aan, aan de zoom van Zijn kleed.

Op de vraag van de Here Jezus “Wie is het, die Mij aangeraakt heeft?” meldde de vrouw zichzelf, maar het gebeurde dus in het geheim. Later bleek wie het geweest was.

De dochter van Jaïrus is duidelijk een beeld van het Joodse volk. Maar wie is nou die bloedvloeiende vrouw die genezen wordt? Waar staat die dan voor? 

Een beeld van de tien stammen van Israël

Ze is een beeld van de tien stammen van Israël. Het andere deel van Israël. De andere vrouw. Het is een volstrekt Bijbels gegeven dat “Israël” voorgesteld wordt als “twee vrouwen”. Dat gebeurde in het Oude Testament en ook in de profetieën.

Er wordt ook nadrukkelijk over een “grote schare” gesproken, waartussen de bloedvloeiende vrouw zich bevond. Dat zijn de Heidenen, waaruit de Gemeente geroepen werd.

De vraag is wie is die vrouw dan vóórdat ze gezond gemaakt werd? Als “de scharen” de Heidenen als zodanig zijn, dan zijn de tien stammen van Israël – dat is Efraïm – de vrouw toen ze nog bloed vloeide en onvruchtbaar was. Oftewel toen de 10 stammen nog niet tot geloof gekomen waren in de Here Jezus Christus.

De Gemeente

Hoewel die vrouw vruchtbaar wordt, ontbreekt de Gemeente nog in het plaatje. Die speelt op dat moment nog geen rol, want het vervolg op het verhaal wordt helemaal niet verteld. En toch is het vervolg op het verhaal is niet moeilijk. Als die vrouw “ontvankelijk” en vruchtbaar geworden is, betekent het dat ze daarna haar “eerstgeboren zoon” heeft voortgebracht. Dat is de normale Bijbelse gang van zaken, sinds het boek Genesis. 

Die Zoon is de Gemeente, maar die wordt in dit verslag niet vermeld en daar gaat het verder ook niet over.

Het gaat erom in deze geschiedenis dat de vruchtbaarheid, die de een zou moeten hebben, alsnog gegeven wordt aan de ander. Toen de jongste van de twee (het dochtertje van Jaïrus) onvruchtbaar werd, omdat ze stierf, werd alsnog de oudste, (die met het eerstgeboorterecht) van de twee vruchtbaar.

Ongeloof en geloof

Daarna gaat het verhaal verder met alsnog de genezing van het dochtertje van Jaïrus. 

Daarmee heb je een schitterend stuk Bijbelse geschiedenis bij elkaar. Want de genezing van de dood van het dochtertje van Jaïrus (opstanding) is een beeld van het ongeloof van Israël en het oordeel dat daarover kwam, maar ook van het tot geloof komen van Israël.

De genezing van de bloedvloeiende vrouw vertelt dat het volk, dat niemand kende, dat zich ergens onder de Heidenen bevond, in het geheim, dus “zonder dat het iemand opvalt”, tot leven (vruchtbaarheid) komt. Oftewel: tot geloof komt in de Messias, in de Heiland, de aangekondigde Verlosser Israëls, de Machtige Jakobs. (Jesaja 49 : 26)

De zaligheid gaat naar Efraïm

“Zonder dat het iemand opvalt” is een beeld van hoe de zaligheid, die in de eerste plaats voor Juda bestemd was, bij Efraïm terecht kwam. In het verborgene, in het geheim. In deze geschiedenis blijkt niemand te weten wie de vrouw is. Zij wist dat wel, want zij heeft zichzelf kenbaar gemaakt aan de Here Jezus.

De zaligheid is met name in Noordwest-Europa terecht gekomen. Dat staat historisch vast. Maar toen het gebeurde, was dat als het ware in het verborgene en schijnbaar onbewust, d.w.z. toevallig, al was het dat niet. Het was onderdeel van Gods Plan.

In de toekomst zal alsnog “het dochtertje van Jaïrus”, het Joodse volk, opstaan. Hen zal alsnog het Evangelie gebracht worden en het volk als geheel zal alsnog vruchtbaar worden.

Een beeld van onze bedeling

Broeder Klaas Rozendaal schreef over “het teken van het dochtertje van Jaïrus”: 

De Heer werd geroepen bij het dochtertje van Jaïrus en was op weg daar naar toe, maar Zijn reis werd onderbroken. Die andere vrouw, die bloedvloeiende vrouw, kwam er tussen. Dat is een beeld van onze tegenwoordige bedeling, terwijl de geschiedenis van Israël is stopgezet.

De geschiedenis van het “dochtertje van Jaïrus”, in samenhang met de “genezing van de bloedvloeiende vrouw”, is daarmee een van de vele tekenen die al in de tijd van de Here Jezus op aarde aan Israël gegeven waren. Ze dienen ook in deze tijd tot teken voor degenen die het verstaan.

De bloedvloeiende vrouw – PDF


De bloedvloeiende vrouw en het dochtertje van Jaïrus

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *