Les 59 – HET EVANGELIE VAN MARKUS
I. ALGEMENE OPMERKINGEN
Dit Evangelie van Markus spreekt over Jezus Christus, de Zoon van God, “Die in de gestaltenis Gods zijnde, geen roof geacht heeft Gode even gelijk te zijn; maar heeft Zichzelven vernietigd (letterlijk: ontledigd), de gestaltenis eens dienstknechts aangenomen hebbende …” (Filippenzen 2:6, 7).
Deze ontlediging betrof de heerlijkheid, die Hij “bij de Vader had, eer de wereld was” (Johannes 17:5) en ook Zijn macht en kennis. Hij hield op “in de gestalte Gods” te zijn. Het is het boek van de Dienstknecht.
Het sleutelvers is Markus 10:45 “de Zoon des mensen is niet gekomen om gediend te worden, maar om te dienen, en Zijn ziel te geven tot een rantsoen voor velen.”
En het karakteristieke woord is “terstond”, dat de stiptheid en ijver van de dienstknecht typeert. Vandaar dat Markus meer een boek is van daden dan van woorden. In Markus komen de wonderen op de voorgrond en in Mattheüs de gelijkenissen.
In volkomen harmonie met het speciale doel van Markus, om de nadruk te leggen op het “dienen” van Jezus, zijn ook de vele weglatingen. Markus geeft geen geslachtsregister; hij vermeldt niets over de wonderbare ontvangenis, de aanbidding door de herders en de wijzen uit het oosten, niets over Simeon en Anna, zoals in Mattheüs en Lukas; ook niets over Zijn pre-existentie, zijn vóórbestaan, zoals Johannes. Evenmin vinden wij bij Markus “geboden”, zoals in de Bergrede, of voorzeggingen over de ondergang van volk en stad, zoals in Mattheüs, het Evangelie van de Koning.
In elf korte inleidende verzen brengt Markus ons bij de volwassen Jezus, Die in water en met de Heilige Geest werd gedoopt. Daarom moeten wij bij de studie van Markus de Christus steeds voor ogen houden als de Dienstknecht van Jehovah.
De allerbeste inleiding tot deze studie is het biddend lezen van Jesaja 42:1-21; 50:4-11; 52:13-53:12; Zacharia 3:8; Filippenzen 2:5-8.
II. ANALYSE VAN HET BOEK
Het boek Markus valt uiteen in de volgende delen:
Deel I – Inleiding – Markus 1-11
Deel II – De Dienstknecht wordt beproefd op Zijn getrouwheid – Markus 1:12, 13
Deel III – De Dienstknecht aan het werk – Markus 1:14-13:37
Deel IV – De Dienstknecht “gehoorzaam tot de dood” – Markus 14:1-15:47
Deel V – De Opgestane Dienstknecht verheven tot heerlijkheid (Filippenzen 2:9, 10), geeft opdrachten aan Zijn dienst-
knechten, maar zet Zijn eigen dienst voort en werkt mede en bevestigde het woord door tekenen die daarop volgden -Markus 16:1-20.